08/02/2012

'Moet je ongesteld worden?'
'Hij stelt geen bal voor, ik ben echt niet bang van hem!'
'Nee, bij jou stoppen we een worst in je hol en laten we je wegslepen door de honden.'
'Mijn mannelijke docenten lijken op mijn vader. De een praat alleen over zichzelf, de ander denkt dat hij slim is, de derde denkt dat hij grappig is en de laatste kan niet boos worden.'

Ik kan bot zijn. Soms op een gemene manier. Soms op een leuke manier. Sommige mensen willen niets met me te maken hebben maar de meeste willen geen seconde van me missen. Na een jaar heb mijn beste vriendin uit de klas aangestoken.

Er stond een raam bij ons open die ik in het begin al niet dicht kreeg. De docent vroeg ik het raam wilde dicht doen maar toen ik zei dat dat mij niet lukte deed hij het zelf wel even. De dwaas (lees: de docent die dus op mijn vader lijkt en denkt dat hij grappig is) kwam aanlopen met zijn korte beentjes en ziekefonds brilletje op en begon hevig te sjorren aan het raam. Toen hij na veel vijfen en zessen het raam dicht had zei hij vol triomf: 'Zie je nou hoe goed ik ben?'. Beste vriendin uit de klas zat naast me en zei op droge toon: 'Joh, wil je een sticker dan?'. Ik lag onder tafel. Van het lachen. Natuurlijk.